Inclusie

Wat is inclusie? Ik denk dat een inclusieve samenleving een complete samenleving is. Een diverse samenleving. Een samenleving waarin iedereen zijn of haar eigen plekje inneemt en we het samen doen, samen kunnen doen. Een inclusieve samenleving is een samenleving waarin iedereen mag zijn wie hij (of zij of geen van bei) is. Een samenleving waarin gekeken wordt naar de mens achter het uiterlijk. Naar de mens achter de beperkingen, dat ook.

Ik vraag me met enige regelmaat af hoe je dit kunt bereiken. Is het goed de aandacht op bijvoorbeeld de beperkingen te richten of bereik je daarmee juist het tegenovergestelde? Neem een prachtige foto van een meisje met een handicap. In het geval van deze bewuste foto was deze geselecteerd voor een prijs. In de reacties stond dat ‘speciale mensen ‘in’ waren en ze daarom wel zou winnen’. De foto zelf was prachtig: mooi licht, goede styling, echt gewoon een mooie foto. Zou de foto dan toch winnen door de handicap en de medelijden factor of omdat het gewoon een mooie foto is? Of misschien wel door een combinatie van beide? De medelijden factor is altijd aanwezig, speelt eigenlijk hoe dan ook mee. Dat ervaar ik zelf ook.

Moet je om inclusie te bereiken hier nu de nadruk op leggen of juist niet? Eerlijk is eerlijk, het is makkelijker scoren. Neem een foto van een mooie vrouw zonder arm of been, of een mooie vrouw in een rolstoel. Hoe je het wendt of keert, niet iets waar de gemiddelde medelander dagelijks mee in aanraking komt. De medelijden, of medeleven (ander woord, groot verschil) factor is daar, ligt om de hoek. Geen sociaal verantwoorde zin misschien, maar vaak wel waar. Om inclusie voor elkaar te krijgen moeten er meer mensen met een beperking in het zicht komen van deze gemiddelde medelander. Zo wordt het een normaal beeld en niet langer een uitzondering.

Hoe bereik je naast het meer en beter in beeld brengen van mensen met een beperking, in de breedste zin van het woord, een inclusieve samenleving? We moeten ons denk ik allereerst bewust worden van onze omgang met verschillende mensen. Hoe zou jij het vinden om keer op keer dezelfde geintjes te horen? Over je handicap of over bijvoorbeeld je haarkleur? Ik werd vroeger simpel van de domme blondjes grapjes, onschuldig, maar toch vaak met een venijnig, denigrerend ondertoontje.

We leven in een kleurrijk land in vele opzichten. We leven gelukkig ook in een vrij land. Je mag overal over discussiëren, tot vervelens toe. Links, rechts, homo, hetero, bi, kleur, handicap, we heen iets gemeen. We zijn allemaal mens. Mensen met hoop, mensen met dromen. Mensen met verdriet, met vreugde en bovenal mensen met een hart. Om samen te slagen moet je je openstellen voor de ander. Je moet je inleven in de ander. Inleven in een situatie die voor jou misschien volkomen normaal is, maar voor de ander niet.

Inclusie is mooi. Inclusie is een plaats voor iedereen. Voor alle vormen en alle maten. Voor alle kleuren, geaardheden en handicaps. Samen vormen we het complete beeld.

Fotografie Petra Hoogerbrug voor Libelle, en gewoon omdat ik deze foto gewoon echt heel mooi vindt 😉

In de herhaling…

International wheelchair day

Eigenlijk is het maf dat er speciale dagen nodig zijn, maar blijkbaar is het zo. Vandaag nog eentje, vandaag is het internationale dag voor de rolstoel, of voor de rolstoelers? Geen idee eigenlijk. Doe de laatste maar, krijg ik dan tulpen? Kom maar door haha.

Ok, dé dag voor de rolstoel. Hoe moet ik dat interpreteren? Het is niet zo dat ik mijn stoel cadeautjes kan geven. Alhoewel, ik zou hem (geen zorgen, bij mij is alles ingeburgerd als hem) waarschijnlijk een heel groot plezier doen met een grondige (poets)beurt (klinkt ook zo heerlijk verkeerd). Mijn zeer geliefde stoel is ontzettend smerig. De klonten modder vliegen in de rondte als ik de poort uitrij. Ik gebruik Max de tweede (M5 klinkt zo knullig) alleen maar buiten en tja, Lewis en ik hebben een voorkeur voor ontmoetingen in het modderige park. Poetsen is zinloos, tenzij het daar eerst opdroogt, dan is het poetstijd. Als manlief tijd heeft, want mij lukt het niet. Eerder niet.

De dag van de rolstoel, daar wilde ik het over gaan hebben. Geen cadeautjes vandaag, wel wat aandacht voor die stoel van mij, de rollende variant. En voor de mens erin, want die is belangrijk. De mens in de stoel is grotendeels gelijk aan de mens zonder stoel. De mens in de stoel is niet eng, of raar. Is de mens anders? Dat ligt eraan. Aan hoe je ernaar kijkt. Veel mensen in een rolstoel hebben een ietwat tegendraads onderstel. Niet werkend, of minder goed werkend. Of soms werkend en soms niet. Ook de oorzaak van dat wel of niet goed werken kan verschillen. Een groot gebrek aan energie kan ook een reden zijn om te rollen en ja, ook daar kunnen verschillende oorzaken voor zijn.

Rollers zijn net echte mensen, ze zijn niet eng of raar. Ze hebben alleen op wielen onder hun kont en die wielen jagen sommige mensen angst aan. Ik ben altijd benieuwd naar wat mensen drijft, waarom mensen zo bang zijn voor die stoel. Is het een onderliggende angst er ooit zelf in te zitten? Waarom roepen mensen dat hun leven eindigt als ze in een rolstoel terecht komen? Het is namelijk echt niet zo dat je dan minder waard bent. Dat is een stempel dat de maatschappij ons geeft. Maar ik ben echt wel de moeite waard, als mens!

Er is een drempel. Ik heb graag dat mensen mij gewoon aanspreken. Je mag me alles vragen, ik garandeer alleen niet dat je antwoord krijgt.
Dat de dag van de rolstoel bestaat geeft al aan dat er nog wat werk aan de winkel is. In heel veel opzichten. Er zijn teveel drempels voor rollers. Fysieke drempels, dingen waar gewoon vaak niet goed genoeg over nagedacht wordt. Maar er zijn ook de bovengenoemde mentale drempels. Anders zijn roept bij sommige mensen een bepaalde weerstand op.

Ik ben inmiddels al tien jaar anders. Dit jaar vier ik mijn jubileum op wielen. Ik ben er blij mee. Mijn wielen hebben me mijn vrijheid terug gegeven. Ze geven me helaas ook drempels, ik kan niet meer zomaar onnadenkend de deur uit rennen. Mijn bus is niet langer geschikt om er zelf in mijn eigenste uppie mee op uit te gaan. Daar moet nog wat aan gebeuren qua aanpassingen. Maar hier rundum hause gaat het prima. Als ik vastloop in de modder is er altijd wel iemand die me eruit helpt. Ik ben sowieso een samen persoon en samen komen we er wel uit.

Ik ben niet meer wie ik was. Mijn wielen staan wat dat betreft misschien wel symbool voor de grote verandering. Mijn wielen zijn als mijn vleugels, ze hebben me getransformeerd naar mijn ware ik. Een ik met wat uitdagingen, maar ook een ik die langzaam maar zeker haar weg vindt in dat andere leven. Een leven met mogelijkheden die ik nooit gevonden zou hebben zonder mijn uitdagingen. Mijn wielen hebben me letterlijk laten zien dat ik mooier ben dan ik ooit dacht. Ze hebben me kansen gegeven die ik als valide persoon nooit gekregen zou hebben.

Ik ben niet meer wie ik was. Ik ben een andere versie, Tien 2.0. Ik ben blij met deze versie. Ik ben dankbaar voor alle mooie dingen die ik de afgelopen jaren heb mogen ervaren. Ik ben een trotse roller. Dankbaar voor mijn rolstoel en alle dingen die mede daardoor op mijn pad zijn gekomen.

Covergirl

Vijftien jaar geleden zat ik op de fotovakschool en droomde ik van een van mijn foto’s op de cover van een tijdschrift. Toen had ik niet kunnen voorspellen dat ik ooit zelf op de cover zou staan. Ik voelde me verschrikkelijk ongemakkelijk voor de lens, maar oefening baart kunst zullen we maar zeggen.

Twee jaar geleden werd ik geïnterviewd voor Margriet. Een artikel over eenzaamheid. Je verwacht het misschien niet als je mij ziet, maar ik weet echt hoe eenzaamheid voelt. Dat krijg je als je jaren grotendeels aan huis gebonden bent. Een interview van een uur, neergepend op een bladzijde (een kunst op zich is dat). Ik vond het confronterend, het stuk in de Margriet. Het waren mijn woorden, mijn gevoel en toch raakte het me toen ik het terug las.

Een paar maanden geleden werd ik opnieuw benaderd door de journaliste van toen, of ik mee wilde werken aan een herhaal artikel. Een artikel over hoe het nu ging. Natuurlijk wilde ik dat, ik vind het ontzettend belangrijk dat er aandacht is voor eenzaamheid. Als bonus mocht ik opnieuw op de foto, weer in de make-up, weer me eventjes mooi voelen. Even uit de dagelijkse sleur vandaan.

Drie augustus togen Elly (mijn onmisbare hulp in huis) en ik richting Wormerveer. Een droom van een studio, mijn fotografen hart ging er sneller van kloppen, maar ik was er niet vanwege mijn kwaliteiten als fotografe. Astrid, de visagiste die mij al vaker omgetoverd heeft tot een vrouw van de wereld, mocht me weer onder handen nemen. Het hele team was trouwens top, gewoon een super leuke dag gehad. De shoot verliep vlotjes, ik mocht een beetje meespieken op de laptop van fotografe Marloes en dat zag er echt mooi uit.

Een paar weken geleden kreeg een berichtje van de redactie van Margriet, of ze mijn foto op de cover mochten plaatsen. Natuurlijk mocht dat, ik bedoel, hoe cool! Zoals gezegd, ik droomde altijd van een foto van mij op de cover. Toen als fotografe, maar dat gaat hem niet meer worden. Ik vind het oprecht bijzonder om mijn eigen gezicht tegen te komen in de schappen. Nooit had ik gedacht dat te zien.

Het is leuk, zo’n cover, nou ja leuk is een understatement, want stiekem stuiterde ik de pan uit toen ik hem onder ogen kreeg, maar het verhaal is belangrijker. Een verhaal van een grietje met een hulphond, met überhaupt een hele lading hulptroepen. Het verhaal van iemand die opgesloten zat achter de geraniums en die nu, dankzij al die hulp, weer naar buiten kan en weer buiten komt. Eenzaamheid komt vaker voor dan je denkt en bij mensen van wie je het misschien helemaal niet verwacht. Het is niet zo simpel om het hardop toe te geven, dat je best eenzaam bent. Je wilt niet dat mensen zich schuldig gaan voelen, want, heel eerlijk, je bent zelf ook verantwoordelijk voor dat gevoel. Je kunt er iets aan doen, maar verwacht niet dat dat simpel is. Niets is ooit simpel.

Ik ben hoe dan ook dankbaar dat ik dit mee mocht maken, het was een toffe dag, het is een prachtige foto en het laat me ook met andere ogen naar mezelf kijken. Ik zou zeggen koop de Margriet, lees de verhalen, wees je bewust van de mensen om je heen. Wees dankbaar voor de mensen om je heen. Schenk een glimlach aan een vreemde, wie weet maak je daarmee het verschil in zijn of haar dag.

Eenzaamheid

Een jaar geleden stond ik in zowel ‘Margriet’ als ‘Radar Magazine’ met een artikel over eenzaamheid. Als ik het teruglees denk ik aan de ene kant ‘gaat dit echt over mij’ terwijl ik aan de andere kant heel goed weet dat dit mijn leven is. Of was, want er is ontzettend veel veranderd in een jaar tijd.

Allereerst is daar nu hulphond in opleiding Lewis. Ik had een vaag idee van wat een hulphond zou kunnen betekenen, maar de realiteit overstijgt echt alles. Lewis is mijn weg naar buiten gebleken. Lewis maakt dat ik weer een beetje deel uitmaak van het buitenleven en niet alleen met mooi weer (wat ik zelf stiekem vermoedde). Ik ga met weer en wind erop uit met hem. Geen sneu rondje van vijf minuten, nee we overwinnen samen de oostenwind. Het is zwaar voor mijn lijf, een hond opvoeden (een puber opvoeden inmiddels), het koude, natte weer van nu is pittig, maar ik spreek zoveel meer mensen! En als ik weer eens mijn sleutels laat vallen met mijn koude klauwen pakt hij ze voor me op. Hij ligt op mijn benen en legt zijn koppie op schoot. Hij vergroot mijn wereld op zoveel fronten!

Daarnaast heb ik nu hulp in huis. Veel hulp in huis. Dagelijks zijn er mensen aanwezig en hoewel het soms best lastig is mijn weg daarin te vinden merk ik nu pas hoezeer ik mensen om me heen gemist heb. Ik ben een mensen-mens, ik praat graag en hoe blij ik ook ben met de digitale snelweg, het echte leven is toch wel heel fijn. Iemand wiens gezichtsuitdrukking je ziet. Ik ben dankbaar en blij dat de hulptroepen zijn gearriveerd. Dat mijn mantelzorgers ook ontlast worden, want die hebben genoeg op hun bord.

Is dit artikel dan nu niet meer actueel? Deels. Deze momenten zullen altijd blijven. Ik denk dat dat inherent is aan chronisch ziek zijn met zoveel beperkingen, maar mijn leven is wel anders geworden. Het is makkelijker te dragen. Het is minder eenzaam. Dat ‘virus’ is dan in ieder geval gedeeltelijk overwonnen.

Iets met de hoed (en de rand)

Gek is dat. Er gaat zoveel om in mijn hoofd en tegelijk kan ik niet op de woorden komen om te schrijven wat ik voel. Ik kijk naar een knipperende cursor op mijn schermpje en mijn gedachten dwalen af. Naar de hoed op de foto. De hoed van de moeder van mijn vriendin. Bij bijzondere gelegenheden droeg ze een hoed. Stijlvol gekleed, ze liep met een zelfverzekerdheid waar ik jaloers op was. Maar ik weet inmiddels ook dat achter een houding veel schuil kan gaan, ‘be careful what you wish for’.

De moeder van mijn vriendin is niet meer. De hoed is een van de dingen die ik van mijn vriendin meekreeg als herinnering. Ook al hadden we niet veel contact, ze zit in mijn hart, bij zoveel meer mooie mensen. Deze hoed herinnert mij aan de trouwdag van mijn vriendin. Ik was haar getuige, in mijn hoofd speelt zich een film af van mijn vriendin die de trap af komt lopen in haar jurk. Verpletterend mooi, een model voor een dag, net als ik op deze foto’s, maar dan zoveel mooier. De hoed herinnert mij aan een mooie zomerdag in de achtertuin van haar ouders, een spelletje ‘Triviant’, een potje ‘Canasta’. Of aan de keukentafel waar ik samen met haar moeder een Duitse catalogus bestudeerde. Beide in ademnood van het lachen om de kitsch met hoofdletter K. Mooi is dat, hoe een simpel gebruiksvoorwerp zoveel herinneringen met zich mee kan dragen.

De foto hieronder is een paar weken geleden gemaakt tijdens een fotoshoot met Mirella. Ik wilde al vaker iets doen met de hoed, maar wist niet goed hoe het te combineren. Ik ben geen hoeden of petjesmens, maar dit ‘matchte’. Om te proberen of ik als 48-jarige misschien nog wel als model aan de bak kan heb ik mij ingeschreven bij een kleinschalig modellenbureau. Hiervoor had ik foto’s nodig en Mirella wilde mij wel helpen. Nathalie wilde de visagie verzorgen en zo hadden we een ‘team’. Het was een leuke en ontspannen middag. Grappig detail in de foto’s zijn mijn handen trouwens. Alhoewel ik de pijn en de vermoeidheid terug zie in mijn gezicht kun je aan mijn handen pas echt goed zien hoeveel moeite het me kost te blijven staan.

Mijn gedachten dwalen naar een volgende shoot die gepland stond. Ik mocht een heus model zijn voor duurzame kleding en wat had ik daar veel zin in! Helaas gooide mijn lijf zoals zo vaak roet in het eten. Ik voelde op maandag al wel dat dit wellicht op vrijdag een probleem zou gaan opleveren en moest een dag later toch echt afzeggen. Ik kon gelukkig helpen met het zoeken naar een nieuw model en dat is ook gelukt. Een lotgenoot van me die het geweldig heeft gedaan! Ik gun het haar van harte, maar ergens diep in mij klikte op het moment dat ik hoorde hoe blij ze met haar waren weer het schakelaartje van onzekerheid. Ik ging terug naar de stand waar ik jaren in heb gezeten. De overtuiging dat ik niet geschikt ben (sowieso niet als model) kwam vol binnen. Al het opgebouwde zelfvertrouwen veegde mijn eigen hoofd vakkundig weer van tafel. Een hoofd kan gekke dingen doen.

Gelukkig wil de ontwerpster nog steeds ook met mij een shoot doen om haar kleding aan de man te brengen. Niet omdat ik zielig ben, maar omdat mijn uitstraling haar aanstaat. Aan de ene kant helpt de rolstoel me soms aan leuke dingen (denk aan een leuk artikel in de Libelle of Margriet) en aan de andere kant geeft het me een bepaalde mate van onzekerheid. Ik wil geen liefdadigheidsproject zijn. Dubbel, want zonder die stoel (of mijn aandoening) was ik waarschijnlijk altijd op de achtergrond gebleven. Gek genoeg heeft juist het altijd maar vechten me over de drempel geholpen. Ik ben geworden wie ik ben door de weg die ik moest afleggen en nee, ik zou niet terug willen naar mijn vroegere zelf.

Zie hier, een poging de gedachten van een moment te vangen in woorden. Hersenspinsels, gelijk de titel van mijn eerste dichtbundel. Goed gekozen, hij past nog steeds…

Fotografie Mirella de Jong, mua Nathalie Brouwer

Dromen

Ik heb wat dromen gehad, sinds mijn kindertijd. Ik was niet als het ‘standaard’ meisje, ach wat is dat ook eigenlijk, standaard. Ik wilde geen kapster worden, of juf. Ik droomde van een leven als advocaat of straaljagerpiloot. Later wilde ik hotelmanager worden, samen met mijn buurmeisje had ik ‘mijn’ hotel al ingericht. Ik wilde naar de universiteit, rechten studeren, nergens in mijn hoofd kwam ‘beroepskneus’ op. Het kan anders lopen… of rollen.

Ik doorliep de HAVO met enige vertraging en ging daarna naar de PABO. Niet omdat ik me in de wieg gelegd voelde als juf, maar omdat ik het gewoon echt niet wist en ik na een jaar HBO over kon stappen naar de universiteit. Advocaat zat nog steeds in mijn hoofd, met dank aan ‘Matlock’. De PABO was een ‘geweldige’ opleiding. Ik fröbelde met vouwblaadjes (echt iets voor mij met mijn kromme klauwtjes), drukte de snor bij muziek (iets met een solo zang complex), liet anderen voor mij tekenen bij de hoorcollege’s en de leraar godsdienst heb ik nooit ontmoet. Wat deed ik wel? Ouwehoeren met klasgenoten, het was zeer gezellig! Na een half jaar werd mij vriendelijk verzocht de opleiding te verlaten. Ik was een gezellige studente, maar werkte demotiverend op de rest van de klas. Aan het werk dus.

Ik belandde fulltime in de supermarkt waar ik vanachter de vleeswarenbalie een fijn uitzicht had op het goed gevormde achterwerk van mijn collega (die ik inmiddels manlief mag noemen). Ik werd een manusje van alles; deed brood/kaas/vleeswaren en slagerij, sprong in waar nodig. Kassa wilde ik wel maar mocht ik niet van de baas. Iets met lange rijen en té gezellig. Ik heb een halfjaar gewerkt en ging daarna terug de schoolbanken in.

Naar de MEAO, ik werd secretaresse. Niet dat ik daar een toekomst in zag, maar je moest toch wat doen. Ik sloeg het eerste jaar over en haalde zonder moeite mijn diploma. De droom van de rechtbank liet ik varen, ik was soort van verdwaald en verloren. Ik ging aan het werk, werd gebruikt om het stoffige archief op te ruimen bij een notaris (waar ik ook niet paste) en verliet enigszins gedesillusioneerd de wereld van het notariaat.

Via via belandde ik in de wereld van de kippenslachtmachines. Ik begon als Verkoopmedewerkster en ging uiteindelijk via allerlei opleidingen naast mijn werk weg als vormgeefster. Een nieuwe uitdaging in Barneveld, maar niet langer in de kippenindustrie. Ik werd de inkoopmedewerkster die geen inkoop deed. Ik bleek beter op mijn plaats bij het vormgeefteam en van daaruit mocht ik de fotovakschool gaan doen. Ik was inmiddels de dertig ruim gepasseerd en vond mijn droom in de wereld der fotografie. Eindelijk wist ik wat ik wilde worden als ik later groot was!

Hoe wreed kan het lot zijn. Mijn eigen studio, die ik naast mijn werk runde, heeft denk ik een jaar of vier bestaan. Toen ik eindelijk mooie opdrachten kreeg moest ik de boel opdoeken om weer mijn dromen te laten varen. Ik werd beroepskneus. Ik doe het prima, verdien mijn salaris en meer, maar ‘shit happens’ en je moet er het beste van maken. Ik schrijf wat en fotografeer met mijn telefoon. Probeer nog steeds mooie dingen te creeëren en dat brengt mij eindelijk op de titel van vandaag.

Dromen zijn er om je houvast te geven. Ik droom altijd groot, ik wil iets achterlaten in deze wereld. Ik wil een stempel drukken, ik wil dat mijn kinderen en achterkleinkinderen (mocht ik die krijgen) trots op mij zijn. Ik wil trots op mezelf kunnen zijn! En ik wil dingen doen met hart en ziel, creëren, voelen dat je leeft (al voel ik dat al jaren op een pijnlijkere manier). Nu ik niet, of weinig, meer áchter de camera kan wil ik er wel voor. En als ik ergens aan begin wil ik ook wel kijken hoe ver het me kan brengen. En zo meldde ik mij aan bij een modellenbureau. Niet dat ik zit te wachten op veel opdrachten, zeker niet met de staat van vandaag zeg maar, maar ik wil gewoon weten of ik het kán.

En zo vroeg ik om hulp om een portfolio op te bouwen. Daaruit volgde een keileuke fotoshoot met Mirella de Jong, die ik al kende vanuit een shoot voor de stichting. Onderstaande foto komt uit haar creatieve koker en ik ben er blij mee! Er zijn er meer en die volgen ook later, maar deze kan ik zeker toevoegen. Ik ga voor het echie, ik heb een contract bij een klein bureau. Gewoon voor de ‘fun’, want ik vind het echt leuk. Het kost me bakken energie, maar als ik dan zulke foto’s krijg weer ik waarvoor ik het doe.

Dromen zijn er om na te leven, of het in ieder geval te proberen. Blijf dromen, hoe klein ze ook zijn. Voor nu ben ik al blij dat ik met Lewis buiten kom, maar ook dat zijn dromen.

  • Ik ben het heden –
  • Gemaakt door het verleden –
  • Nu toekomstgericht –

Lekker bodypositief!

Het brengt nogal wat teweeg in medialand, Linda in bikini op de cover van haar blad. Ik lees reacties die echt alle kanten op gaan. Ik lees van ‘wat goed dat ze dat durft’ tot ‘dat is niet haar eigen lijf’ en alles ertussenin. Het is best iets, in bikini op de cover, zeker als je bekend bent en mensen al hun frustraties over hun eigen figuur over je denken te kunnen en mogen uitstorten. Lastig voor je zelfbeeld denk ik, je moet dan best sterk in je pumps staan.

‘Bodypositive’, dat moeten we zijn. Trots op ons lijf! Toch is die trots bij veel vrouwen ver te zoeken. Ik geef het eerlijk toe, ik worstel mijn hele leven al met mijn lijf. Niet alleen omdat het me vaak in de steek laat, gelukkig mag ik nog rondhobbelen, al is het vaak als een pinguïn. Nee, ik heb mijn hele leven lang al ‘issues’ met mijn figuur. Als kind vond ik mezelf te dik. Ik had de zogenaamde ‘schaatsers benen’, gespierde, flinke bovenbenen. Ik haatte ze! Ik wilde mooi en dun zijn, ik vergeleek mezelf met frêle meisjes en dat vergelijk viel echt nooit goed uit in mijn voordeel. In onze jeugd was er geen sprake van ‘bodypositive’, het oordeel te zwaar viel al snel en mijn zo gehate maat 38, met brede heupen viel eerder onder ‘bodynegative’.

We leven in een tijd waarin, dubbel genoeg, iedereen mag zijn wie hij wil zijn en tegelijk iedereen, mede door Social media, onder een vergrootglas ligt. Een foto van een bekendheid in bikini wordt enerzijds compleet de hemel ingeprezen voor lef en durf en wordt anderzijds compleet met de grond gelijk gemaakt. Aandacht trekken, Photoshop, plastische chirurgie, alle valse registers worden opengetrokken om vooral het negatieve te benadrukken. Het zal toch echt niet zo zijn dat een vrouw als Linda iets positiefs wil bereiken met haar blote buik en benen?

‘Bodypositive’, Miljuschka gooit regelmatig haar rolletjes op Instagram. Ze brengt zichzelf open en enigszins bloot in beeld om te laten zien dat zij helemaal ok is met haar lijf. Ze zit prima in haar mooie velletje. Ook Linda heeft op dit moment blijkbaar geen ‘issues’ met haar bikinitop, of ‘bottem’. Ze straalt zelfvertrouwen uit en dat mag ook. Dat is het hele idee achter ‘bodypositivity’. Iedereen mag er zijn, iedereen mag blij zijn met zichzelf. Het klinkt zo simpel, wees trots op jezelf, voel je fijn in je eigen velletje. Helaas is het oordeel van de samenleving nog altijd keihard en oordelen we vaak nog harder over onszelf.

Ik heb het inmiddels redelijk losgelaten. Ik ben blij met mijn maatje 38, laten we zeggen dat ik erin ben gegroeid, op meerdere fronten. Zoals ik bij de fotoshoot voor Libelle al zei, ik ben blij dat ik er mag zijn. Gezondheid is zoveel belangrijker dan het uiterlijk! Daarnaast denk ik dat uitstraling iemand mooi maakt en zelfvertrouwen is daar enorm belangrijk voor!

Ik ben inmiddels bodypositive, mijn lijf past mij prima, inclusief rolletjes, deuken, littekens en rimpels. Én mijn stoel, want die hoort erbij!

Fotoshoot voor Libelle, fotografe Petra Hoogerbrug, mua Astrid Timmer

Verhalende dromen

Vorige week las ik met tranen in mijn ogen het krantenbericht van Marc de Hond (Volkskrant). Zijn laatste interview, zijn woorden raakten me diep. Ik voel ergens een verwantschap en tegelijk realiseer ik me dat zijn schoenen zoveel groter zijn dan de mijne. Hij was en is nog steeds een inspiratie voor zoveel mensen. Inspiratie op macro niveau, hij heeft een blijvende indruk gemaakt. Ik probeer soortgelijk iets, alleen opereer ik op micro niveau. Hij inspireerde mij, niet dat ik nu een ernstige ziekte ambieer, maar dat ambieerde hij ook niet. Ik herken het gevoel dat je beperking je een verhaal geeft om te vertellen. Iets dat de mensen moeten horen en als ze je grapjes dan niet waarderen is daar toch nog onderliggend dat verhaal. Je beperking maakt dat je ineens interessant bent. Je beperking geeft je mogelijkheden.

Ik heb me weer iets in mijn kop gehaald, ik wil proberen of ik niet een beetje model kan spelen. Niet te vaak, dat kan mijn kneuzerige lijf niet aan, maar gewoon zo af en toe. Rolstoelers moeten meer in beeld. Ik heb me een aantal bladen ten doel gesteld; Margriet, Libelle, Vrouw, daar pas ik best denk ik. Als het dan als columnist niet lukt, dan maar als model.

Om dit voor elkaar te kunnen krijgen heb ik een portfolio nodig. Nu heb ik wel een portfolio, maar dat is er eentje als fotograaf. Daarin staan foto’s van anderen, niet zo geschikt voor dit doel. Om een goed en afwisselend portfolio op te bouwen heb ik een team nodig; fotograaf, visagiste, stylist misschien. Ik deed hiervoor een oproep en was zeer aangenaam verrast over het aantal lieve en behulpzame mensen.

Ik ben enthousiast, ik vind dit leuk. Mijn lijf vindt het allemaal wat minder geslaagd, maar mentaal heb ik dit soort dingen soms gewoon echt even nodig. Om te laten zien dat ik nog mee tel misschien? Of om een stiekeme jeugddroom te verwezenlijken? Ik droomde vroeger weg bij Miss Universe en Miss world, maar had noch het lijf noch het gezicht van een Miss. Terugkijkend naar foto’s van een jongere ik was ik een stuk minder lelijk dan ik dacht, maar Miss materiaal was ik niet. Mijn beperkingen geven me in dat opzicht nu mogelijkheden en ik heb gek genoeg meer zelfvertrouwen als vroeger. De rolstoel maakt me niet langer onzeker, hij is meer een soort toegevoegde waarde. Ik ben meer dan een aardig snuutje, ik heb een verhaal te vertellen en ik heb een missie!

Dankzij mijn oproep mag ik nu onderdeel gaan uitmaken van een aantal toffe concepten. En niet omdat mensen medelijden hebben, nee omdat ze echt iets in mij zien! Zo mag ik een onderdeel zijn van een heuse campagne, eentje met een doel (daarover later meer). Mag ik met een paar fijne fotografen werken. Zijn er mensen die onderdeel uit willen maken van ‘team Kneus’.

Gelukkig heb ik ook thuis een team dat mij hierin steunt, want zonder hun hulp ben ik nergens en kom ik ook nergens. Als ik altijd maar toegeef aan de grillen van mijn lijf bestaat mijn leven uit wachten op leven en dat vertik ik. Het is niet altijd makkelijk, het gaat niet zonder consequenties, maar sommige dromen komen uit en daar ga ik voor!