Boerenverstand

Ok, nog eentje dan, dan hou ik hier voorlopig over op, beloofd. Alhoewel, ik ben ontzettend wispelturig, dus je weet het nooit, maar ik ga mijn best doen. Soms denk ik dat ik het liefst in Den Haag zou zitten, maar meestal realiseer ik me dat dat veel makkelijker gezegd is dan gedaan. Het is nog niet zo simpel, dat besturen. Je moet rekening houden met ontzettend veel belangen. Ik weet wel wat ik belangrijk vind, maar realiseer me dondersgoed dat dat recht tegenover de wens van een ander kan staan.

Wat is eerlijk? Wat is belangrijk? Wie gaat voor, mens? Natuur? En wat versta je onder natuur? Hoe ver mag de mens gaan in zijn drang naar bestaan? Is vooruitgang altijd slecht? Of goed? Hoe bepaal je welke belangen dat zijn, van belang? Hoe weet je als gewone burger welke belangen nu écht tellen in een kapitalistische wereld. Hoe weet je welke leiders echt het beste met je voorhebben?

Ik ben best naïef, vertrouw vaak te veel en te snel op iemands mooie blauwe (of bruine) ogen. Ben al best vaak op mijn bek gegaan daarmee, maar weiger mijn vertrouwen in de mens(heid) op te geven. Er zijn goede leiders, maar je moet wel goed zoeken. Hoe weet je nu écht dat je de juiste te pakken hebt? Het best passende antwoord daarop zou denk ik transparantie moeten zijn, openheid, iets dat in het huidige kabinet niet echt bovenaan staat. Maar goed, stel dat dat wel zo was, zou ik dan in staat zijn te onderscheiden wat wel of niet correct zou zijn, qua informatie? Ambtelijke taal is (net als juridische) wollig en voor veel mensen onleesbaar. Alleen al omdat je halverwege de eerste bladzijde al in slaap valt. Hoe filter ik, als gewone burger, hier de goede boodschap uit? Daarnaast zijn dossiers doorspekt van wetenschappelijke onderzoeken, die ingezoomd zijn op dat onderdeel dat het gezochte antwoord bevestigd. Geloof mij maar, hier gaat een zeer selectief proces aan vooraf. Wetenschappers spreken elkaar op belangrijke punten tegen en iedere conclusie valt of staat met het onderzochte punt.

En dan hebben we het nog niet over een van de misschien wel grootste kwaden aller tijden, marketing. Het is een zeer dunne scheidslijn tussen liegen en de waarheid selectief vertellen. Feiten worden zo verdraaid dat ze nog nét een klein beetje waarheid bevatten en daarna gebracht als het antwoord op een probleem. Producenten vinden een gat in de markt, marketing doet de rest. En marketeers hebben allang ontdekt dat de politici ook een markt vormen. Goede tekstschrijvers buigen zich over de programma’s, marketeers peilen of de kiezers er warm voor lopen en verfraaien hier en daar de ware bedoelingen. Het begint onschuldig, maar wie eenmaal een beetje de waarheid verfraait staat ook al een beetje open voor een klein leugentje, om bestwil, voor een goed doel, toch? Want jij hebt echt het beste voor voor je land? Of toch ook een beetje voor jezelf? Doen we het niet (bijna) allemaal weleens?

Interpretatie van cijfertjes, van rapporten, van grafieken, van onderzoeken. We vertrouwen erop dat de juiste persoon op de juiste plaats zit, maar is dat ook echt zo? Een minister wordt gekozen voor een portefeuille uit de partijen in de coalitie. Ook als deze persoon de ballen verstand heeft van het onderwerp. Je hoeft er niet voor doorgeleerd te hebben, hoe kun je dan juist beoordelen wat belangrijk is. En dan nog, je hebt macht, hoe vaak moeten we nog voorbeelden zien van wat dat met mensen doet. Hoe moet het dan wel? Tja, dat is een goede, ik weet het niet. En al wist ik het wel, dan nog luisterde er niemand naar mijn mening, waarschijnlijk.

Gister las ik een reactie op Facebook, iets over het klimaat, over stormen en opwarming. Dat het allemaal wel meeviel daarmee. Mijn eerste reactie was negeren en door, maar in de reactie stond een link en ik was toch nieuwsgierig. Je kunt tenslotte alles wel afdoen als onzin, maar dan moet je eerst gekeken hebben of dat echt zo is. Op een aantal fronten moet ik eerlijk toegeven dat ik aan het twijfelen sloeg. Wordt de klimaatagenda misbruikt op slinkse wijze? Ik ben niet in staat de grafieken te interpreteren. Ik vertrouw hierbij op mijn gezonde verstand en ga uit van wat ik zie. Is het warmer? Daar weet ik het antwoord niet op. Maar verprutsen we als wereld onze planeet? Ja, dat is duidelijk. De kap van de Amazone, het verdwijnen van diersoorten, ook in Nederland. Moet er aandacht zijn voor onze omgang met dier en natuur? Ja!

Ik stem mijn hele leven al links. Omdat ik sta voor een gezonde basis voor ieder mens en omdat ik denk dat ons kapitalistische systeem zijn beste tijd gehad heeft, of zou moeten hebben. Is links hiervoor de juiste weg? Ik ben niet tegen ontplooiing van eigen ondernemingen. Ik ben alleen vóór een goede en eerlijke basis. Ik ben voor een eerlijke omgang met dieren, ik ben voor natuur, ik ben voor een wereld die rekening houdt met elkaar. Ik wilde dat ik wist hoe dat allemaal samen kon komen in een wereld als de onze…

PS ik vind deze foto eigenlijk wel toepasselijk, iets met kontendraaiende kwallen, verder overgelaten aan de eigen interpretatie 😉

Wereldverbeteraar

Ik weet dat deze stukjes veel minder gelezen worden, ik weet alleen niet waarom. Is het omdat ze voor veel mensen een ver van hun bed show zijn? Is het omdat sommige mensen liever de andere kant op kijken? Is het omdat mensen ze (mij) irritant vinden, omdat ik mijn drammerige kant erin kwijt kan? Of ligt het aan het algoritme van Facebook? Waarom blijf ik dit schrijven terwijl ik weet dat het amper gelezen wordt? Zou ik me niet moeten focussen op de cijfertjes, zoals zoveel columnisten, bloggers, influencers en ander gespuis op het internet doen?

Heel eerlijk, de cijfers doen me niet zoveel. Geloof het of niet, ik ben gewoon een oprechte wereldverbeteraar, of dat probeer ik althans te zijn. Het boeit mij namelijk heel veel, onze planeet. Niet omdat dat beter oogt, maar omdat ik me steeds meer realiseer wat onze impact is op onze planeet. En dat dat anders moet, op zo ontzettend veel fronten. Dat laatste, dat van die vele fronten vind ik een lastige. Ik wil namelijk zoveel zeggen, maar versplinter in de keuzes. Net de Nederlandse regering dus. Van alles een beetje zegt niet genoeg, maar mijn hoofd kan zich nu eenmaal slecht focussen op slechts één ding tegelijk. Je hebt mensen die heel hard roepen dat we het als mensheid verkloten en die daarna hun schouders ophalen en gewoon doorgaan met hun makkelijke en comfortabele leven. En dan heb je mij, ik voel teveel. Kan me er gewoon niet bij neerleggen.

Maak ik dan alleen maar de juiste keuzes? Nee, verre van helaas. Ook ik ga met meer dan enige regelmaat de fout in. Kan mezelf daarna wel slaan zelfs soms. En mijn foute keuzes vallen echt nog wel mee, we hebben het over een bestelling bij bol.com, omdat dat voor mij zoveel makkelijker is dan naar de stad gaan. En gemak dient de mens, zie daar waarom het zo moeilijk is ons gedrag aan te passen. Toch ben ik mij echt enorm bewust van de consequenties van mijn gedrag en hou ik mezelf voor dat iedere dag een nieuwe kans biedt om het beter te doen. Iets anders dan schouderophalend doorgaan.

Ik heb het volgens mij al vaker geschreven, ik voel een enorme drang iets te doen. Ik loop alleen heel erg vast in de manier waarop. Eigenlijk is dit wat mij het beste ligt, erover schrijven. En al voel ik mij soms een roepende in de woestijn, ik moet het blijven delen.

Van de week was ik even in de dierentuin, ik heb een abonnement en het is hier vlakbij. Camera mee, even de tijd nemen wat mooie plaatjes te schieten. Ik heb altijd een dubbel gevoel bij een bezoek aan de dierentuin. Ik kan enorm genieten van de dieren, maar ben me ook enorm bewust van het feit dat dít is waar we op af stevenen. Dat dieren in het wild zwaar onder druk staan. Omdat wij mensen steeds meer ruimte innemen. Omdat we het leefklimaat verpesten. Omdat we doen wat mensen doen, zichzelf bovenaan plaatsen. Dat doet pijn, écht pijn. Waarom lukt het ons niet een stapje terug te doen en te zien waar we mee bezig zijn? Waarom lukt het niet de handen ineen te slaan en daadwerkelijk iets te doen?

Je kunt zeggen dat je als individu toch niets te vertellen hebt. Dat het aan de regeringen is. Maar kom op, alleen hier in Nederland zijn we al met miljoenen mensen. Miljoenen mensen die samen echt wel een vuist kunnen maken en iets kunnen bereiken. Waarom willen mensen alleen op de been komen voor zichzelf, ok en voor de boeren om ervoor te zorgen dat zij de ruimte krijgen ten koste van dat wat het allerbelangrijkst is, de natuur? Is het dan echt zo moeilijk te bevatten dat er zonder dat laatste geen ruimte meer is voor een toekomst?

Arbeidsbeperkt.

Normaal zet ik geen punt achter een titel, ik maak een uitzondering voor bovenstaande. Waarom? Omdat deze titel als je niet oppast een punt zet achter heel veel dingen. Een punt die beter een komma zou zijn. Een punt waar veel mensen een punthoofd van krijgen. De arbeidsbeperkte zelf, maar ook de regelgevers in Den Haag. En zonet las ik dat de vakbond ook inziet dat er wat punten op de i gezet moeten worden. En dus een titel met een punt.

Arbeidsbeperkt.
Ik ben zo iemand. Iemand met een arbeidsbeperking. Een iemand die alleen al daardoor andere iemanden afschrikt. Ik behoor dan ook tot een behoorlijk enge doelgroep. Ik behoor tot een doelgroep die de maatschappij geld kost. En die de maatschappij te weinig oplevert. Ik ben een prijzig typetje, weet je. Ik kost de zorgverzekeraar alleen al een klein vermogen, aan hulpmiddelen en medicijnen. Datzelfde geldt voor de WMO trouwens. En dan werk ik dus ook nog eens niet. Duur, foei, punt.

Het is niet dat ik niet wil hoor, want ik zou echt ontzettend graag mijn ambitie botvieren op de maatschappij. Ik zie nog altijd legio mogelijkheden, maar ze stranden op allerlei (praktische) bezwaren. Het grootste bezwaar is misschien toch wel mijn zeer beperkte energieniveau. Op de voet gevolgd door uit elkaar vallende ledematen, die zijn best lastig kan ik je vertellen. Zeker omdat ze maar half functioneren. En pijn doen, ook niet prettig. Voor mij dan, want daar heeft een ander dan weer minder last van. Nou ja, noem het maar minder, mijn gesteun en gekreun kunnen mensen denk ik missen als kiespijn. Mijn bed is niet echt handig tussen alle bureaus en het feit dat ik niets goed vast kan houden ook niet. Klinkt alsof ik flink overdrijf (en dat mag ik, want ik ben een vrouw), maar helaas is dit toch echt met meer dan enige regelmaat het geval. Oh, en ik heb wielen, niet handig met trappen en drempels. Ook hier zet ik even een punt. Gewoon om mijn punt te maken.

Ik ben dus zo’n arbeidsbeperkt persoon. Nou ja, ik werk helemaal niet meer, ik ben gewoon een honderd procent Kneus. Arbeidsongeschikt. (Die laatste is weer een punt.) Arbeidsbeperkten zijn kwetsbaar, heb ik niet bedacht, dat lees ik net. Het klopt trouwens wel, want met het verlies van vermogen tot werken verlies je nog veel meer. Je komt niet langer in aanmerking voor een promotie. Ja, tot blijvend arbeidsongeschikt, maar that’s it, geen verdere perspectieven. Als jong gehandicapte betekent dit een leven lang op een minimum loon, minder nog, ik las dat ook dat iets is waarvoor gevochten moet gaan worden. Arbeidsgehandicapten verdienen minder dat het minimumloon. Iets dat er bij mij sowieso niet zo goed ingaat. In onze kapitalistische maatschappij is presteren, omzet draaien het enige dat telt. Alles en iedereen is verworden tot een getalletje. Een getalletje dat meer getallen moet opleveren. Met een euroteken ervoor het liefst.

Ik had zoveel dromen. Dromen die ik in de vuilnisbak kon gooien. Niet omdat ik de capaciteiten niet had, maar omdat mijn lijf roet in het eten gooide. Roet dat verregaande gevolgen had en heeft, want naast het feit dat er geen beloning volgt voor de status van superkneus, heeft het het leven er niet goedkoper op gemaakt. De kachel moet blijven branden, ik ben altijd thuis, mijn systeem doet het niet zo goed op kou, reken uit je winst. De tv staat vaker aan, mijn hulpmiddelen hangen nogal eens aan de lader en mijn zorgkosten zijn een stuk hoger dan gemiddeld. Om het leven een beetje makkelijker te maken hebben we wat handigheidjes aangeschaft, maar ook die zijn verre van gratis. Sterker nog, alles in de hoek van de gezondheidszorg is extra duur. Er is een markt, geen grote, weinig concurrentie, afijn je snapt mijn punt.

Arbeidsbeperkt zijn is duur, in ieder opzicht. De prijs die je betaald om ziek te zijn is hoog. Echt geen aanrader voor de dromers onder ons. Verre van luilekkerland (denken mensen soms). Ik zou willen dat de punten die ik maakte komma’s zouden zijn. Ieder jaar heb ik zo’n dag, zo’n dag dat ik denk, hoop, bid, wens, dat mijn lijf ‘beter’ is. Dat ik het gewone leven weer op kan pakken. Dat ik gezond ben, weer kan, weer mag, maar het blijft altijd slechts de hoop. Ach, hoop doet leven toch?

Even terug naar dat punt. Naar die punt van de titel. Omdat die als je niet oppast een punt zet achter te veel dingen. Een punt die beter een komma zou zijn. Een punt waar veel mensen een punthoofd van krijgen. De regelgevers in Den Haag, maar vooral de arbeidsbeperkten zélf.

Het is dus écht een titel met een punt.

Hangmat

‘Een Wajong uitkering is een vangnet geen hangmat’

Stel je eens voor dat je geboren bent met een erfelijke aandoening. Een aandoening die ervoor zorgt dat je gewrichten niet goed op hun plaats blijven zitten. Een aandoening die al vanaf jonge leeftijd zorgt voor serieuze vermoeidheid en pijn. Een aandoening die ervoor zorgt dat je gewrichten uit de kom gaan en er daarmee voor zorgt dat ze al op jonge leeftijd verslijten. Die zorgt voor scheurtjes in pezen en daarmee ontstekingen veroorzaakt. Stel je eens voor dat je geboren bent met EDS; het Syndroom van Ehlers-Danlos.

Heb je beeld?
Vast niet, het is namelijk lastig je voor te stellen wat de impact is van deze relatief onbekende aandoening.

Artsen hebben er wel van gehoord, maar zijn vaak van mening dat je het niet zult hebben omdat het zeldzaam is. Artsen schuiven het probleem van je hypermobiliteit door naar therapeuten die staan te popelen aan de slag te gaan met het sterker maken van je spieren door keihard te trainen.

Jij wilt normaal functioneren en af van je pijn en zet je dus voor tweehonderd procent in. Gevolg? Grotere problemen, pijn die verder gaat dan spierpijn maar je bent geen watje en zet dus door. Tot je steeds verder over de grens gaat en last krijgt van vervelende blessures. Het syndroom van Quervin, tennisellebogen, problemen met de kniebanden, schouders, enkelbanden, misschien een hernia of twee. Hoofdpijn, pijn in je nek, het breidt zich uit.

Je bent nog jong, nog geen twintig en je lijf voelt als dat van een bejaarde. Sporten is goed voor je, goed voor de conditie, voor de coördinatie (die toch al niet je van het is), voor de spierkracht en voor de sociale contacten, maar sporten is ook frustrerend want jouw lijf doet niet wat jij wilt. Anderen lijken tomeloze energie te hebben waar jouw energie blijft steken op vijftig procent. De blessures maken je onzeker, je houdt je in en je coaches spreken je daar op aan. Je zet je niet genoeg in, maar je doet toch wat je kunt?

Aan het eind van een schooldag ben je kapot, maar je moet aan het werk, want werken hoort erbij en je bent jong en je wilt wat. Ervaring opdoen bijvoorbeeld, voor later.

Heb je nu een beeld?
Welkom in de wereld van een puber met EDS, of een andere chronische aandoening. Een puber die op school zit, een vak leert, zich inzet voor zijn of haar toekomst. Een puber die leeft met beperkingen waar de gemiddelde gezonde volwassene zich niets bij voor kan stellen. Die leeft met een grote onzekerheid, is werken weggelegd voor mij?

Stel je nu voor dat je deze puber bent, of dat je de ouder bent van deze puber, deze jongvolwassene. Kijk nu nog eens met een open blik naar de plannen die dit kabinet heeft met deze chronisch zieke jongeren, met een jongeren met een beperking. Deze jongeren die al van jongs af aan moeten vechten voor een normaal bestaan. Vind je het dan nog terecht dat de kansen voor deze mensen stranden bij een bestaansminimum? Dat ze nooit hoger kunnen komen? Dat ze hun ambitie per direct in de prullenbak kunnen gooien voor ze een kans krijgen omdat ze niet in staat zijn volledig te werken door hun beperkingen?

Er moeten toch andere manieren zijn deze mensen een kans te geven op een toekomst, ook als ze niet in staat zijn veertig uur te werken? Mensen zijn waardevol, meer waard dan een leven op bestaansminimum of zelfs bijstandsniveau! Stel je voor dat het jouw leven betreft of dat van jouw kind? Bedenk je dan nog zo’n idiote maatregel? Of denk je dan iets verder dan je momenteel fantasieloze neus lang is?

‘Een Wajong uitkering is een vangnet geen hangmat’

Iedereen die denkt dat bovenstaand geschetste jongeling een uitkering ziet als hangmat heeft geen idee hoe een leven met een beperking eruit ziet. Dat is de grootste beperking van onze maatschappij.

(R)overheid?

Dat er iets grondig mis is met het systeem in Nederland lijkt mij duidelijk. Het rammelt aan alle kanten, álle kanten. De zorg is een puinhoop, de energieprijzen rijzen de pan uit, het onderwijs is een zooitje, het openbaar vervoer gaat niet, de WMO heeft geld tekort, net als jeugdzorg, wat gaat er eigenlijk nog wel goed? Na lang denken moet ik zorgelijk concluderen, niets.

Politici geven elkaar de schuld, mensen geven de overheid de schuld. Hoe vaak ik niet lees dat de roverheid mensen van hun geld afhelpt… Ik heb een eigen visie, eentje die die overheid hard nodig heeft, maar op een fatsoenlijke manier. Eentje die niet zegt dat onze politici fantastisch werk doen, want laten we eerlijk zijn, dat doen ze niet. Al jaren is het een puinhoop in politiek Nederland. Zijn het marionetten? Misschien wel, marionetten van het kapitalisme, van het hyperkapitalisme. Nederland besturen alsof het een bedrijf is laat dan misschien economisch een mooier plaatje zien, ze vergeten dat het de mensen zijn in een land die je er uiteindelijk op afrekenen. Dat laat overigens ook goed zien waarom de VVD-ers nog steeds redelijk gelukkig zijn. En het nog steeds voor het zeggen hebben, al vraag ik mij af hoe je hier nog gelukkig van kunt worden.

Onze (r)overheid. Een instantie die,mijne inziens, nodig is. Let wel, niet als hoe dit systeem momenteel functioneert. In mijn visie (dit hoef je echt niet met me eens te zijn) is de overheid verantwoordelijk voor de basis. Zorg, onderwijs, openbaar vervoer, energie. Zaken die voor iedereen gelijk moeten zijn, geld of geen geld. Eigenlijk is dat wat we hadden voor we het te grabbel gooiden aan het kapitalisme.

Marktwerking zou de prijzen stabiliseren. De kosten in de zorg liepen uit de klauwen, marktwerking zou zorgen dat deze controleerbaarder werden. Het ziekenfonds werd afgeschaft en de zorgverzekeraar kreeg het voor het zeggen. Met alle gevolgen van dien. Personeelstekort, mensen werken zich uit de naad voor een loon dat én de rekening niet kan betalen én vreselijk oneerlijk verdeeld is. De bureaucratie heeft de zorg overgenomen. Alles is niet beter en duidelijker, het is juist andersom. Nieuwe regeltjes vinden dat personeel hoger opgeleid moet zijn voor werk dat deze mensen al jaren meer dan prima doen. Mijn vriendin, werkend in de zorg, is gevraagd een extra opleiding te doen, maar de consequentie daarvan is dat ze dan meer verslagen moet schrijven en nog minder tijd heeft voor dat wat ze wil doen, mensen helpen. Zorgen. Idiotie dus.

Dan het onderwijs. We hebben inmiddels 3192 studies op hbo/wo niveau. 3192! We hebben een enorme behoefte aan personeel dat daadwerkelijk de handen laat wapperen, maar ze slingeren de meest onzinnige opleidingen de wereld in. Vrijetijdsmanagement, een heuse opleiding, echt waar! Nederland wemelt van de managers. Een manager die luistert naar een andere manager en die weer anderen aanstuurt. Die papierwerk (digitaal, maar toch) doorzet, veel praat en weinig doet. Sorry als ik chargeer, maar kom op, hebben we echt meer behoefte aan meer managers? Ze leren vooral hoe ze zo snel mogelijk geld kunnen verdienen met zo min mogelijk inspanning. Waarom zou je iets leren waarmee je je inzet voor de maatschappij als je je ook in kunt zetten voor jezelf? Er is een chronisch tekort aan leerkrachten omdat ze geleid worden door regeltjes. Omdat ze door de bureaucratische rompslomp niet meer toekomen aan dat wat ze willen doen, onderwijzen.

Het onderwijs moet een probleem zijn van de staat. Goed onderwijs moet voor iedereen beschikbaar zijn. Punt.

Het openbaar vervoer is een zooitje. Schiphol is een zooitje. Stakingen op de werkvloer, waar echte mensen voor een schijntje, vergeleken met wat de managers verdienen, het echte werk doen.

Ik zie overeenkomsten, Den Haag blijkbaar niet. Nog nooit eerder stonden ze daar zo ver af van de gewone mens. Energieprijzen die onbetaalbaar zijn geworden doordat ze overgelaten worden aan de vrije markt. Het kapitalisme is geweldig voor een kleine groep mensen, maar een hel voor de rest.

Als ik dit zeg, vindt men mij een communist. Maar wees nou eens eerlijk, dingen als energie, zorg, onderwijs en openbaar vervoer moeten toch voor iedereen toegankelijk zijn? Voor een normale en eerlijke prijs? Wil jij bakken met geld verdienen aan fastfood, aan bloempotten of aan woonaccessoires, be my guest, leef je uit, maar de basis, van gezonde voeding tot onderwijs en van energie tot openbaar vervoer, moet toegankelijk zijn voor iedereen. Dat is geen hardcore communisme, dat is gewoon een sociaal en gezond verstand in een ‘gaaf’ land. Ik zou willen dat ze dat in Den Haag zouden begrijpen.

Onbewezen zorg

‘Het kabinet wil de onbewezen zorg uit het basispakket schrappen’, zo lees ik op de pagina van de NOS. Dit wereldidee komt uit de koker van onze nieuwe minister met verstand van zorgzaken (eh…) Ernst Kuipers. Weer een minister die bestuurt alsof het (in dit geval de zorg) slechts een onderdeel van een bedrijf is. Of een virus (met een vastomlijnd randje?), waar de oorzaak en het gevolg overduidelijk zijn. Of werkte dat met virussen ook niet zo?

Onbewezen zorg. Mooie letters, die samen een kuil graven voor een meer natuurlijke aanpak, zo ik je brom.

Onbewezen zorg. Vallen wij daar ook onder vraag ik me af. Wij met een subsoort van een aandoening die wetenschappelijk nog niet aantoonbaar is?

Onbewezen zorg. Volgens mij is dit weer slechts een mooie verwoording, een excuus om een bezuiniging erdoor te drukken. Bedacht door iemand achter een bureau. Zoals zoveel zaken vanachter een bureau bedacht worden. In overleg met hen die slechts winst willen maken op onze aandoeningen. Onbewezen aandoeningen, liefst.

Ok, genoeg daarover. Laat ik het hebben over een volgend stukje tekst in het artikel. Een werkelijk briljant plan. Dat het nog niet eerder verzonnen is…

‘Het schrappen van de ‘onbewezen’ zorg is onderdeel van een bredere strategie om de instroom van patiënten te beperken, nu en in de toekomst. Er is immers niet genoeg personeel om de verwachte explosie aan zorgvraag adequaat aan te pakken. Het kabinet wil niet dat in de toekomst nog meer mensen in de zorg gaan werken dan nu het geval is. Voorkomen moet worden dat de zorg als het ware het schaarse personeel steelt van andere sectoren. Daarnaast moet het zorgbudget binnen de perken blijven.’

Het kabinet wil voorkomen dat de zorg personeel steelt van andere sectoren. Stel, je bent jaren naar school gegaan omdat het jouw droom is mensen te helpen. Mensen in nood. Mensen die zichzelf (even) niet kunnen redden. Jij wilt iets goeds doen voor deze mensen. Mensen die jarenlang hun zorgpremie hebben betaald. Mensen die zorg gemeden hebben omdat ze zich niet ziek wilden melden wellicht. Mensen die geboren zijn met een defect. Al zijn deze niet altijd direct zichtbaar, dat zie je wel aan een aantal mensen in ons kabinet. Maar goed, jij bent naar school gegaan en je wilt werken in de zorg. Mag niet. Je hoort thuis in een andere sector. Eentje die geld genereert in plaats van eentje die alleen maar geld kost. Dát is wat hij bedoelt, maar niet mag zeggen.

De minister die zijn roem te danken heeft aan een niet volledig duidelijk beleid betreffende een bepaalde tak van zorg in het verleden, neemt het op zich de strijd tegen de onbewezen zorg aan te gaan. Hij wordt daarbij geholpen door ene Xander Koolman, gezondheidseconoom verbonden aan de Vrije Universiteit. Gezondheidseconoom, daar kun je dus voor doorleren blijkbaar. Tja, daar is meer behoefte aan dan aan handen aan het bed. Laatstgenoemde neemt het op zich een beeld te schetsen van een oudere in een 24-uur luier, want ‘redelijk goede zorg voor twee personen gaat boven uitmuntende zorg voor één.’ Alsof die zorg nu zo uitmuntend is. Ik denk dat deze bewuste meneer zelf nog nooit voet heeft gezet in de echte wereld.

Verderop, nog zo’n perfecte oneliner: ‘Digitalisering in de zorg moet verlichting brengen op de kostendruk.’ Ja, we zien bij de belastingdienst hoe geweldig dat uitpakt. Digitalisering, hét antwoord op úw probleem.

Het kabinet stevent linea recta af op een volgend ellende dossier. ‘Als fysiek contact tussen zorgverlener en patiënt niet noodzakelijk is gebeurt dat niet meer.’ Want fysiek contact t tussen zorgverlener en patiënt is slechts bijzaak in de zorg. Laten we in plaats van een zorgverlener een computertje naast een dementerende persoon zetten. Dan geven we daarmee op gezette tijden een toontje dat hij of zij haar medicijnen niet moet vergeten. Oh, wacht…

Ik ben niet boos als ik dit typ, ik ben teleurgesteld. Ik wil nog steeds niet geloven dat er een master plan is dat ons mensen naar de gallemiezen wil helpen, maar serieus?! Hoe verzin je zoiets?! Ik stel bij deze voor dat als dit plan op Prinsjesdag gepresenteerd wordt we allemaal gewoon een maand onze zorgpremie niet betalen. Vanwege onbewezen effect van toekomstplannen. Of vanwege teveel onzinnigheid. Vanwege het niet serieus nemen van mensen die zorg nodig hebben. Onbewezen zorg.

Mag ik de mensen die het verzonnen hebben daarnaast ook een onbewezen aandoening toewensen? Niets ernstigs hoor, gewoon iets dat hen een paar dagen een 24-uur luier garandeert. Misschien iets dat besmettelijk is, slechts bij kabinetsleden. Een computer kan hen dan verder de weg wel wijzen binnen het systeem. Digitalisering werkt tenslotte fantastisch.

Foto Pixabay

Op m’n klompen

Ik had ze, vroeger, échte klompen. Ze passen me niet. Ze staan me niet. Ze zitten me niet. Niet dat ik ze haat, integendeel. Ik haat al zeker niet waar ze voor staan, al denken mensen dit wel misschien. Omdat ze me niet kennen. Omdat ze mijn verleden niet kennen, niet weten waar ik vandaan kom. Of omdat ze niet willen luisteren naar wat ik zeg. Ik kan wellicht dan ook op mijn klompen aanvoelen dat de mening van deze zogenaamde linkse deuger, of linkse elitair niet zo heel goed valt, maar dat zij dan maar zo. Bij deze, een stukje over de boer.

Ik ken er een aantal van redelijk dichtbij. Heb een groot deel van mijn jeugd doorgebracht op de boerderij. Bij Opa op de trekker, achter of naast de koeien. In de hooischuur, op de stal. Ik hou van het boerenleven, maar ik ben ook objectief genoeg om te zien dat we niet de goede kant op gaan. Niet qua regering en hun maatregelen, maar ook niet qua manier van protesteren van de boeren. Je punt maken voor het grote publiek is prima, maar je punt te ver doordrijven lijkt op het gedrag van een dreinende en stampvoetende peuter in de supermarkt. Hoe denk je dat dit af gaat lopen? Wat zal er gebeuren als de boze boeren burger beweging haar zin krijgt? Wat voor signaal geef je af aan een stampvoetende peuter in een overvolle supermarkt als je hem zijn zin geeft? Hoe zullen al die andere groepen die in de clinch liggen met Den Haag hun punt dan gaan maken?

Onze maatschappij heeft de nodige problemen en ik denk dat we deze problemen zelf veroorzaakt hebben. We willen alleen de gevolgen van ons eigen egocentrische gedrag liever niet onder ogen zien en dus sluiten we ze. Die ogen. We leven op de groei. Zichtbaar zelfs. Alles moet alsmaar meer. Groter. Beter. Duurder. Meer auto’s, meer verre vakanties. Meer kleding. Meer consumeren. Meer vervuilen. Bergen vol rotzooi laten we achter. Microplastics in de oceanen. Rotzooi in het riool. Dieren die stoned door het leven gaan, verslaafd aan onze verslavingen. Een afvalberg in Afrika die de Tafelberg gaat overtreffen. Kabelbanen door de rotzooi, onze achter-achter-kleinkinderen zullen zo trots op ons zijn als ze waden door de achtergelaten weelde van deze platina eeuw. Dollartekens in de ogen van de mensen achter het kapitaal. Meer, meer, meer! Groter, sneller, beter! Alles voor en op de groei.

Terug naar de klompen, want daar gaat dit stukje over. Mijn opa’s en oma’s hadden een mooi bedrijf. Een familiebedrijf, zo eentje waar een aantal boeren nu voor vechten. Ze hadden een dertigtal koeien, een paar varkens en wat schapen. Wat land erbij. Geen overdreven luxe, maar wel een goed bestaan. Met hard werken en hart voor de dieren. Dertig koeien, kun je het je voorstellen? Genoeg om normaal van te kunnen leven. Toen werd er nog een normale prijs betaald voor de melk. Inmiddels zijn veel boerenbedrijven veranderd in fabrieken. Je maakt mij niet wijs dat een boer in hart en nieren kiest voor een bestaan als voedselproducent in een vorm die steeds meer lijkt op een enorme voedselfabriek. Niet voor ons eten, maar voor de centen. Teveel schakels tussen de boer en de consument die geld willen verdienen aan dat proces. Het liefst zonder daar daadwerkelijk arbeid aan te verrichten. Iets dat we graag doen in deze maatschappij, geld verdienen zonder te werken. En dan zeuren op de uitkeringsgerechtigden, maar dat is een andere discussie. Resultaat? Veel mensen verdienen er genoeg aan en de boer mag op een houtje bijten. Steeds meer producerend voor een steeds kleinere marge. Zij krijgen de maatregelen op hun dak, de aandeelhouders lachen in hun vuist vol Euro’s.

Er spelen een heleboel factoren die de meeste mensen -ik inclusief- niet kunnen overzien. Het gaat niet slechts om stikstof, dat is slechts een deel van het grote geheel. Ik weet niet hoe dit op te lossen, maar ik weet wel dat we een oprecht probleem hebben in de wereld. Halsstarrig onze kont tegen de strobaal gooien gaat het niet oplossen. Voor communicatie zijn twee kanalen nodig en die kanalen zitten vol met ruis.

Ik ben niet tegen de boeren. Ik begrijp waar ze vandaan komen, al begrijp ik de manier waarop niet meer. De frustratie weer wel, maar ik denk niet dat het platgooien van een land zoals mensen ongenuanceerd roepen ook maar iets positiefs op zal leveren. Dat er meer problemen van gaan komen kan ik wel op mijn klompen aanvoelen.

Hangmat

‘Een Wajong uitkering is een vangnet geen hangmat’

Stel je eens voor dat je geboren bent met een erfelijke aandoening. Een aandoening die ervoor zorgt dat je gewrichten niet goed op hun plaats blijven zitten. Een aandoening die al vanaf jonge leeftijd zorgt voor serieuze vermoeidheid en pijn. Een aandoening die ervoor zorgt dat je gewrichten uit de kom gaan en er daarmee voor zorgt dat ze al op jonge leeftijd verslijten. Die zorgt voor scheurtjes in pezen en daarmee ontstekingen veroorzaakt. Stel je eens voor dat je geboren bent met EDS; het Syndroom van Ehlers-Danlos.

Heb je beeld?

Vast niet, het is namelijk lastig je voor te stellen wat de impact is van deze relatief onbekende aandoening.

Artsen hebben er wel van gehoord, maar zijn vaak van mening dat je het niet zult hebben omdat het zeldzaam is. Artsen schuiven het probleem van je hypermobiliteit door naar therapeuten die staan te popelen aan de slag te gaan met het sterker maken van je spieren door keihard te trainen.

Jij wilt normaal functioneren en af van je pijn en zet je dus voor tweehonderd procent in. Gevolg? Grotere problemen, pijn die verder gaat dan spierpijn maar je bent geen watje en zet dus door. Tot je steeds verder over de grens gaat en last krijgt van vervelende blessures. Het syndroom van Quervin, tennisellebogen, problemen met de kniebanden, schouders, enkelbanden, misschien een hernia of twee. Hoofdpijn, pijn in je nek, het breidt zich uit.

Je bent nog jong, nog geen twintig en je lijf voelt als dat van een bejaarde. Sporten is goed voor je, goed voor de conditie, voor de coördinatie (die toch al niet je van het is), voor de spierkracht en voor de sociale contacten, maar sporten is ook frustrerend want jouw lijf doet niet wat jij wilt. Anderen lijken tomeloze energie te hebben waar jouw energie blijft steken op vijftig procent. De blessures maken je onzeker, je houdt je in en je coaches spreken je daar op aan. Je zet je niet genoeg in, maar je doet toch wat je kunt?

Aan het eind van een schooldag ben je kapot, maar je moet aan het werk, want werken hoort erbij en je bent jong en je wilt wat. Ervaring opdoen bijvoorbeeld, voor later.

Heb je nu een beeld?

Welkom in de wereld van een puber met EDS, of een andere chronische aandoening. Een puber die op school zit, een vak leert, zich inzet voor zijn of haar toekomst. Een puber die leeft met beperkingen waar de gemiddelde gezonde volwassene zich niets bij voor kan stellen. Die leeft met een grote onzekerheid, is werken weggelegd voor mij?

Stel je nu voor dat je deze puber bent, of dat je de ouder bent van deze puber, deze jongvolwassene. Kijk nu nog eens met een open blik naar de plannen die dit kabinet heeft met deze chronisch zieke jongeren, met een jongeren met een beperking. Deze jongeren die al van jongs af aan moeten vechten voor een normaal bestaan. Vind je het dan nog terecht dat de kansen voor deze mensen stranden bij een bestaansminimum? Dat ze nooit hoger kunnen komen? Dat ze hun ambitie per direct in de prullenbak kunnen gooien voor ze een kans krijgen omdat ze niet in staat zijn volledig te werken door hun beperkingen?

Er moeten toch andere manieren zijn deze mensen een kans te geven op een toekomst, ook als ze niet in staat zijn veertig uur te werken? Mensen zijn waardevol, meer waard dan een leven op bestaansminimum of zelfs bijstandsniveau! Stel je voor dat het jouw leven betreft of dat van jouw kind? Bedenk je dan nog zo’n idiote maatregel? Of denk je dan iets verder dan je momenteel fantasieloze neus lang is?

‘Een Wajong uitkering is een vangnet geen hangmat’

Iedereen die denkt dat bovenstaand geschetste jongeling een uitkering ziet als hangmat heeft geen idee hoe een leven met een beperking eruit ziet. Dat is de grootste beperking van onze maatschappij.

Een andere kijk

Er broeit iets. Het is tijd voor verandering en iedereen merkt het. Op zijn eigen manier en met zijn eigen waarheid. Mijn waarheid hoeft niet de jouwe te zijn en dat is prima. Voor mij wordt steeds meer duidelijk dat het kapitalisme zijn beste tijd heeft gehad. Of hoort te hebben gehad, want veel mensen zijn bang voor deze veranderingen. Het is tijd. Het universum probeert het al zo lang duidelijk te maken, maar we willen nog steeds niet luisteren. Dat is mijn indruk in ieder geval.

Twee jaar terug in de tijd. Het begin van de corona crisis. Manlief en ik zaten op een bankje voor ons huis in de zon. Het was stil op straat. De lucht was intens blauw, zonder witte strepen. Rust. De meeste mensen waren thuis, het land was in lockdown, echte lockdown. Gek genoeg was er weinig onrust, er heerste vooral saamhorigheid. Samen zouden we de mensen beschermen, samen gingen we dit varkentje wassen. Manlief en ik zaten op een bankje voor ons huis in de zon. Genoten van deze rust. Een rust die voelde als vrijheid. Geen gekte, geen stress, geen angst.

Ik voel het diep van binnen, de drang dat de dingen anders moeten. We zijn een slaaf van het kapitalisme geworden. We importeren kalfjes, gooien ze vol geïmporteerd voer om ze vervolgens weer te exporteren. Waar is de diervriendelijkheid, wie geeft deze dieren, onderdeel van onze planeet, een stem? Kiloknallers geven een gezicht aan onze hang naar vlees. Het maakt niet uit hoe we eraan komen, als we het maar kunnen eten. Zo goedkoop mogelijk. Vliegtuigen, vrachtwagens, we vervuilen op hoog niveau om aan onze trekken te komen. Ik ben geen heilige, ik doe even hard mee aan deze gekte, maar vraag me steeds vaker af waarom. Het is een begin.

Corona legde de vinger op een hele lading zere plekken. In het begin van de crisis zagen we dat. Waren we het erover eens dat we beter om moesten gaan met onze planeet. Zagen we wegen in plaats van auto’s en werd de lucht schoner. Twee jaar later vervalt iedereen in het oude vertrouwde en klagen we vooral over alles wat ons ontzegd wordt. Hebben we als massa nu echt niet om de gaten dat er consequenties zitten aan ons gedrag?

Je hebt de mensen, een behoorlijke groep zelfs, die overal een complot in zien. Ik vraag me steeds vaker af of zij hun eigen rol in het geheel wel duidelijk zien, want iedere persoon op deze aarde heeft invloed op het grote geheel. Als de vleugels van een vlinder ergens anders een tornado kunnen veroorzaken hoe groot denk je dan dat jouw invloed kan zijn? We zitten gevangen in een kapitalistisch net, iets dat we zelf beïnvloeden, waar we ons angstvallig aan vast houden, want stel je toch eens voor dat jij het minder hebt dan een ander?

Nu de coronacrisis voorbij lijkt (pas op hoor, als we veel mensen moeten geloven gaat de wereld nu, na de verkiezingen, weer op slot) dient zich een volgend probleem aan. Zonnebloemolie ,uit de Ukraïne, raakt op. Een probleem voor bepaalde voedingsmiddelen, waar een tekort aan kan komen. Stress bij de fabrikanten en de radartjes der marktwerking draaien op volle toeren. Tekorten stuwen de prijzen omhoog. Zelfde voor gas en benzine. Degene onderaan de ladder krijgen het het zwaarst trouwens, de grootse basis van de piramide. Het leven lijkt sowieso één groot piramidespel, met de rijken aan de top. Niet waar ik heen wilde, we worden weer met onze neus op de feiten gedrukt, maar zien de link nog steeds niet.

Ons leven hangt niet af van zonnebloemolie, ook niet van benzine. We hebben onszelf afhankelijk gemaakt van gemak in plaats van ons in te zetten voor duurzaamheid en gezonde voeding. Koekjes en friet zijn geen eerste levensbehoeften. Laten we meer terug gaan naar wat de natuur ons biedt. We zijn in alles voorzien, als we het maar wíllen zien. We kweken bloemen in kassen, waar we waardevol gas verbruiken om deze bloemen te kunnen exporteren. Dat is toch waanzin? Als je dan zo dol bent op koekjes en friet, verbouw de zonnebloemen dan zelf, in eigen land. Scheelt een hoop vervuiling van export. We kunnen overigens beter gewoon stoppen met het eten van die vette zooi. Scheelt ook weer kosten aan de gezondheidszorg.

We hebben een hele lading problemen gecreëerd. Voor onze gezondheid, voor onze natuur en waarvoor? Voor geld. Niet voor geld om van te kunnen leven, maar voor centjes voor de top. Het zijn zij die gebaat zijn bij het kapitalisme, niet wij.

Het universum legt wederom de vinger op de zere plek en wij sluiten onze ogen. Dromen over verre vakanties en dure auto’s, vergeten geluk, dat zo dichtbij voor het grijpen ligt. Of hebben nachtmerries van complotten waarin we marionetten worden van de staat.

Wij hebben de macht van de massa. Wij hebben de mogelijkheid het tij te keren, gewoon zelf in onze hand…

Foto Pixabay

De hangmat theorie

Een uitkering is een lekkere hangmat. Een verkiezingsposter voor de VVD in Hellendoorn. Mijn vinger blijft boven mijn toetsenbord hangen. Ik wil zoveel zeggen, maar er komt zo weinig uit. Eigenlijk omdat ik het schokkend vind dat er mensen zijn die dit denken. We leven in een sociaal land, tenminste, dit ‘gave’ land heeft nog sociale kenmerken. Die ‘lekkere’ hangmat is zo’n kenmerk. De uitkering is een vangnet voor medelanders die het minder getroffen hebben. Dit kan om verschillende redenen zo zijn, er zijn dan ook meerdere uitkeringen. Je kunt in de WW zitten, in een uitkering door ziekte of in de bijstand. Ik hoor sommige mensen denken, het is vast je eigen schuld. Mij overkomt zoiets niet. Dacht ik ook, toch heb ik in de WW gezeten en ben ik uiteindelijk door mijn aandoening afgekeurd. Het kan iedereen overkomen.

Een uitkering is een lekkere hangmat. De beste man heeft de poster met deze uitspraak laten verwijderen. Er waren mensen die zich gekwetst voelden, dat was niet de bedoeling. Hoe ver staat dit aankomende gemeenteraadslid van de gemeente Hellendoorn af van de mensen in die gemeente? Het stukje ‘lekkere hangmat’ ís toch ronduit kwetsend? Erger nog, het is denigrerend en vernederend. Als je dat niet begrijpt, hoe kun je dan gemeenteraadslid zijn?

Ik heb mij als zogenaamde uitkeringstrekker jarenlang schuldig gevoeld richting de maatschappij. Het gevoel iets van nut te moeten toevoegen drukte zwaar op mijn schouders. Uiteindelijk heb ik geaccepteerd dat werken geen optie meer was voor mij, toch blijft dat gevoel van nut, of niet langer van nut zijn, etteren. Ik zet mij op allerlei manieren in voor onze samenleving. Ben wat dat betreft nu van meer nut dan toen ik nog werkte. Zo hoop ik iets terug te doen. Zo koop ik als het ware mijn schuldgevoel af, zodat ik met iets minder ballast plaats kan nemen in die lekkere hangmat.

Ik ken mensen die in de bijstand zijn belandt. Mensen die om verschillende redenen niet langer deel kunnen nemen aan onze werkende samenleving. Zij doen wat ze kunnen om te overleven met het minimum van het minimum. Zij zetten zich op andere manieren in voor onze samenleving. Soms werkt het gewoon even niet. En ja, er zijn profiteurs. Er zijn altijd profiteurs, ze zullen er ook altijd blijven. Dat is niet anders, accepteer het. Leven met een minimum geeft al genoeg ballast, zeker in deze tijd. Je weet niet waarom iemand in deze situatie zit. Zeker niet vanachter je bureau, op grote afstand van de zandvlakte waarin de hangmat zich bevindt.

Een uitkering is geen lekkere hangmat. Een uitkering is een vangnet. Iets waar wij als Nederland trots op moeten zijn. We zijn een sociaal land, waarin iedereen een plekje heeft. Dat zouden we moeten zijn, want dit ‘gave’ land laat steeds vaker het kapitalisme voor de menselijkheid gaan. Als ik deze uitspraak op een poster had laten zetten zou ik me doodschamen. Kijk eens verder dan je luie stoel, jij zit comfortabeler dan die persoon in de hangmat.