Het lijkt wel een soap, je zou er eentje van kunnen maken. Mijn zoektocht naar balans, niet te verwarren met de zoektocht naar grenzen. Die lijkt erop maar is toch niet hetzelfde. Ze zijn beide delicaat, op het randje en vooral verrekte lastig.
Ik schreef er al eerder voorzichtig over, onze grote reis die later dit jaar plaats gaat vinden. In het kader van ‘in zo goed mogelijke conditie op reis’ probeer ik op te krabbelen. Dat de reis zwaar gaat worden is nog een under…statement, maar ik ga me daar zo goed mogelijk doorheen proberen te slaan. Ik wil, nee, ik moet (van mezelf) er alles aan doen me hier zo goed mogelijk op voor te bereiden en dan bedoel ik de fysieke voorbereiding.
Ik ben dus weer in training, heel voorzichtig en met heel veel mate en beperkingen. Maar daarnaast slaat mijn hoofd, zeker als het zonnetje schijnt, in overdrive. Ik wil nog net niet naar Rotterdam om mee te gaan rennen. Niet dat ik ver zou komen hoor, ik red de ’50 meter sprint voor kneuzen’ nog niet eens, maar in mijn hoofd ren ik de volle 42 kilometer met verve. Ik zou hem niet winnen, zo realistisch ben ik nog wel, maar ach mijn hoofd heeft zich nog steeds niet helemaal aangepast aan mijn werkelijke fysieke staat.
Geen zorgen, ik lig hier op mijn buitenbed, ben niet aan het strompelen in Rotterdam, maar het geeft een beetje aan hoe het er in mijn hersenpan aan toe gaat. Ik nam mij vanmorgen voor ook thuis weer oefeningen op te pakken. Heel eerlijk gezegd kwam dat ook na een blik in de spiegel, alwaar ik iets teveel mij zag in mijn ogen. Maar ook wat dat betreft komt (volgens mijn vriendinnen) het beeld in mijn hoofd niet altijd overeen met de werkelijkheid. Daar zie ik het juist minder in of meer, ik zie in ieder geval teveel kilo’s.
Het wordt duidelijk tijdens het schrijven, de balans dreigt weer zoek te raken. Ik moet mijn mentale voet boven de rem houden voor ik de balans verlies met alle gevolgen van dien. Raar hoor, dat je hoofd je zo voor de gek kan houden. Dat ik na al die jaren ervaring nog steeds terug dreig te vallen. Maar, en dit is een belangrijke maar, ik pik het op voor ik begin. Ik schrijf dit terwijl de intentie in mijn hoofd opkomt. Ik ben me er nu van bewust en ik hoop dat dat een begin is.
Ik ga het dit keer goed doen, deze keer vind ik de balans, hou ik mijn voet boven de rem en gebruik ik hem ook, hoop ik…