In een filmpje vroeg Q-koorts, soort van lotgenoot, Deverra vanmorgen aandacht voor ons chronisch zieken. Voor het feit dat wij al jaren, maanden, dagen opgehokt zitten. Voor hoe wrang het eigenlijk is dat mensen nu massaal klagen dat ze niks kunnen, terwijl wij al jaren soort van gevangen zitten en we met enige regelmaat te horen krijgen dat het allemaal zo erg niet is. Dat we moeten kijken naar wat we nog wel kunnen en ons niet moeten focussen op wat we niet kunnen. Alsof dat niet is wat we al doen. Ze pleitte voor zichtbaarheid en daar ben ik het wel mee eens.
Met het oog daarop probeerde ik zelf een filmpje op te nemen waarin ik mijn standpunt in deze verwoorde, maar veel verder dan veel ‘eh’’s en dom geleuter kwam ik niet, dus doe ik het gewoon zo. Schriftelijk, zodat ik eerst kan nadenken en dan kan typen, of zoiets.
Koningsdag. Manlief en ik kregen verkering op Koninginnedag, ik had mijn blik met carnaval al op hem laten vallen, hij had wat meer tijd nodig. De drank gaf de doorslag, denk ik. Vroeger deden we dus wel aan het vieren, uitbundig feesten, samen naar de kroeg, gezelligheid ten top. Nu kan dat niet meer. Nu is een drankje op een terrasje al een uitdaging waar je U tegen zegt. Waar ik een paar jaar geleden nog wel een avondje kon Catannen is ook dat nu een te hoge drempel. Wil wel, kan niet. In de ochtend wil ik nog wel iets afspreken, de middag wordt al lastiger, de avond is een zeldzaamheid. Stappen is er niet meer bij, mijn uitgaansleven beperkt zich tot korfbal kijken bij zoonlief en een rondje park met Lewis.
Vanmorgen had ik geluk, vanmorgen mocht ik VIP winkelen met een vriendin. De hele winkel voor ons alleen, heerlijk! Rustig kijken, rustig passen, zitten tussendoor, dan kan het. Dat was het dan ook meteen, dag vol, gedaan met de Koningsdagpret. Ik klaag niet, het is niet anders, het was leuk. Maar het steekt wel als ik mensen hoor miepen over het feit dat Woningsdag toch minder leuk is. Wees blij dat je het gezond kunt vieren. Tel je zegeningen, dit gaat weer voorbij en dan kun je gewoon weer naar buiten. Gewoon maar de winkel, naar de woonboulevard, naar waar je maar naartoe wilt.
Voor mij verandert er weinig, Koningsdag of woningsdag, voor mij is het ‘gewoningsdag’.
