Te jong om oud te zijn

Ik kom net terug van mijn uitlaatronde met Lewis. Alex, Lewis en ik; het dynamische trio, omringt door het duister van de ingevallen avond. De regendruppels daalden op ons neer terwijl we in gestaag tempo door het park reden. Het was bijna surrealistisch, slechts een schreeuwende meerkoet doorbrak de stilte.

Naarmate je ouder wordt krijg je te maken met grotere zorgen. Aan de ene kant zijn daar de zorgen voor en om je ouders, ouder worden komt vaak met gebreken (mijn schoonvader is van de week weer opgenomen in het ziekenhuis; het jaar lijkt te eindigen zoals het begon). Aan de andere kant zijn daar de zorgen om de kinderen. Je wilt voor iedereen het beste, maar de beslissingen die je moet nemen zijn niet altijd eenvoudig. Wie zei ooit dat het leven simpel zou zijn.

Ik heb de laatste jaren het gevoel ineens beland te zijn in de wereld der volwassenen. Bijna vijftig. In mijn jongere jaren klonk dit als stokoud. Het was de leeftijd van je ouders. De leeftijd waarop je misschien in ‘matchende’ ANWB jassen en op dezelfde (elektrische) fietsen ging rondrijden. Of samen achter de geraniums ging zitten met een kopje koffie en een gevulde koek. Niet dat mijn ouders zoiets deden overigens, maar op de een of andere manier had ik een behoorlijk vertekend beeld van deze leeftijd.

Als je twintig bent zie je de wereld als één groot speelveld. Je kijkt uit naar later, je voelt je groot, de wereld is vol mogelijkheden. Door schade en schande wordt je wijzer. Je loopt wat kreukels op (letterlijk) en leert belangrijke levenslessen. Tegen de dertig volgt misschien het huisje, het boompje, wellicht een beestje. Een vaste baan, rustiger vaarwater. Het leven kabbelt voorbij, soms is daar een stroomversnelling en soms lijk je vast te lopen op een zandbank. Je wordt veertig. Je hebt wat meer geleerd over jezelf, weet iets beter wie je bent en met een beetje geluk wat je wilt in dit leven. Nét als je daar een beetje aan gewend bent, een beetje in die rol zit is daar de bijna-vijftig.

Voor je het weet ben je ingehaald door de jaren. Voor je het weet ben je ineens de leeftijd van je ouders, die leeftijd van de ‘matchende’ jassen. En voor je het weet merk je dat ook zij niet altijd vijftig blijven. Voor je het weet ben je ingehaald door de tijd.

Het is alsof de klok een spelletje met me speelt. Er is geen winst te behalen, er is slechts dat gevoel van urgentie. Dat gevoel dat ik iets met mijn leven moet doen. Dat ik er alles uit moet halen wat erin zit en dat mijn lijf me daarin in de weg zit. De tijd kan wreed zijn, ook dat leer je mettertijd.

Daar in het duister van het park, met de regendruppels die zachtjes tikten op mijn hoofd vroeg ik het me af. Wanneer ben ik écht volwassen geworden? Wanneer heeft de tijd ons ingehaald en waarom heb ik dat punt compleet gemist? Ik ben blijven steken in de tijd; te jong om oud te zijn en te oud om nog jong te zijn.

Fotografie Mirella de Jong

Leave a Reply

Fill in your details below or click an icon to log in:

WordPress.com Logo

You are commenting using your WordPress.com account. Log Out /  Change )

Facebook photo

You are commenting using your Facebook account. Log Out /  Change )

Connecting to %s