Acceptatie

Hoe accepteer je wat je niet wilt accepteren?

Dat schreef ik ooit, een paar jaar geleden. Chronisch ziek, met een beste lading beperkingen. Het grootste deel van de dag lag ik plat, mijn ledematen lieten me een voor een in de steek. Ik kwam in een rolstoel terecht en moest leren een nieuwe realiteit te accepteren. Van de revalidatiearts, van de fysiotherapeut, van de mensen om me heen en van mezelf. Want zo hoort dat. Ik moest accepteren.

Maar ik wilde niet accepteren, want hoe accepteer je dat je een heel leven achter je moet laten. Het leven van een werkende moeder met een startend eigen bedrijf? Van een vrouw met een droom? Van een echtgenote, van iemand die wist wat ze wilde, die eindelijk haar doel had gevonden. Maar het moest, ik moest accepteren.

Ik ging schrijven. Leerde míjn waarheid op papier te zetten. Woorden vonden hun weg naar buiten, voorzichtig. In rijm probeerde ik de letters vorm te geven, mijn vorm. Ik moest accepteren.

Woorden werden zinnen. Zinnen werden alinea’s. Alinea’s werden columns. Mijn ziel en zaligheid legde ik in die woorden. Ik deelde mijn leven in de hoop anderen te helpen. En misschien mezelf ook. Ik moest accepteren.

Jaren pende ik weg. Schrijven werd een tweede natuur, delen om te leven. Om te overleven. Ik moest accepteren.

Ik rolde door, vergezeld door hen die bleven en zij die kwamen. Anderen haakten af. Tranen voegden ons samen. Ik overwon diepe dalen. Zette me schrap tegen oordeel en mening. Zo moest dat, accepteren.

Accepteren dat de dingen niet meer werden als vroeger. Ik lachte, bleef positief. Hield mijn hoofd hoog in de storm. Danste in de regen. Vocht tegen de wind. En nog steeds moest ik het leren. Dat accepteren.

Ik leefde in het heden, maar oh wat zou ik graag. Terug naar dat verleden. Waar ik kon dansen en rennen. Zonder wielen, verkennen. Maar ik moest. Accepteren.

Mijn lijf boog krom, tegen de wind, die me slechts harder achteruit blies. Hoe moest dat toch, hoe moest ik dan, hoe werkte dat, dat accepteren.

En ineens viel dat kwartje. Zo recht voor mijn neus. Daar waar ik altijd al keek, maar nooit echt zag. Tot ik me omdraaide, en alles keerde. De wind bleef, maar ik, ik leerde. Want op dat moment, met de wind in mijn rug, vond ik ineens mijn leven weer terug.

Ik liet het los, wat mij iets leerde. Dat was het dus, ik accepteerde.

Leave a Reply

Fill in your details below or click an icon to log in:

WordPress.com Logo

You are commenting using your WordPress.com account. Log Out /  Change )

Facebook photo

You are commenting using your Facebook account. Log Out /  Change )

Connecting to %s